Hij was de jongen die gevangen werd gehouden in de kelder.

Ik was het meisje dat hiervan op de hoogte was.

Ik heb het echter nooit aan iemand verteld. Ik moest immers onschuldige levens beschermen. En dit was de enige manier.

Hij was eerst mijn vriend. Daarna mijn geliefde. We wilden vrij zijn en samen een leven opbouwen. Maar we wisten dat dit een droom was die nooit zou uitkomen.

Als gevangenen van mijn meedogenloze vader konden we niet ontsnappen aan de gruwelen die we moesten doorstaan – totdat ik een wapen richtte op de enige jongen die ooit van me hield.

En als ze me weg slepen, terwijl ik zijn naam schreeuw, hoop ik dat hij nog ademt.

Want ons verhaal is nog niet afgelopen.

NB: dit boek kan als losstaand worden gelezen.